Open blik

Terwijl hij vanachter zijn raam naar buiten keek, besefte hij dat hij weer zag. Zijn zicht was er lang niet geweest. Zo sterk was de angst, dat wanneer hij zijn ogen zou opendoen, er opnieuw hordes mensen zouden staan, die hem wilde vertellen van hun, dwaze echtgenoten, van hun verboden en geboden en dat ze daar niet mee wilden leven, maar niet wisten hoe anders. Of dat ze hem wilde vertellen van vroeger wat op zoveel verschillende punten anders gelopen was dan nu ze het zich herinnerde. Dat ze hem wilde vertellen van hun verliefdheid en hoe mooi dat alles was en of hij wist hoe ze dat nu aan hun huidige partner konden vertellen. Of dat hun partner hun als vuilnis op straat had gezet zodat een andere zijn intrek kon nemen. Dat hun geliefde was overleden, dat ze daar door niet meer verder wisten. Dat ze door hun partner in elkaar waren geslagen en dat deze het zo slecht nog niet meende. Paren die wisten dat ze moesten scheiden maar er niet aan toe wilde geven, de reden waarom ze kwamen was zo verschillend en toch elke keer weer hetzelfde, het zweet brak hem uit. Zijn ogen waren gesloten in gebalde woede, hij hield het voor gezien.